12 November 1872
§
Dinsdag den 12 november. Toen het des morgens ligt wierd, konden wij groote steden zien en hooge bergen en bossen en nu en dan ging het onder lange en hooge tunnels door. Onderweegs was er een Mevrouw met 2 kleine kinderen in de wagon waarmede ik mij nog wat kon vermaken. En des avonds on 5 uur kwamen wij te Marseille, alwaar wij ½ uur konden wagten om het zwaaijen van de lokomotieven, maar ik bleef in de wagen, want ik had goed eten en wijn bij mij en goede warme waterstoofen. En konde tog met niemand spreken. Marseille is een groote mooije stad met een fraai en groot station. En om 5 ½ uur vertrokken. Toen was er een koopman bij mij, dewelke mij zijn adres gaf, maar konden niet met elkander spreken. Ik heb hem eenige dagen nog te Cannes gezien en bij de hand gehad. En zijn des avonds om 11 ½ uur te Cannes aangekomen. Alwaar de Heer Massinot mij dadelijk verwelkomde. En toen met de huisknegt, welke een uit Brussel was en Hollandsch sprak, in een vigelant gestapt. En den Heer Massinot in een groote wagen met Appelgraauwe paarden voor ons uit naar de villa van de jonker gereden, dewelke villa Escarras heet. En aldaar door de jonker en de dienstboden met de grootste blijdschap ontvangen. En goed gegeten en de jonker veel van mijne reis verteld en des nagts op de zelve kamer van Bonje goed geslapen.
§
Uit het reisverhaal van Johannes Mook, timmerman uit Beetsterzwaag, die in 1872 naar Cannes trok en er jonkheer Tinco Lycklama à Nijeholt hielp bij de opzet van het eerste museum van die stad. Het originele manuscript van het reisverhaal vindt u hier...
Comments